Treinactivisme

Treinactivisme

Ik zit net goed en wel in de trein als ik me ineens bedenk dat ik vergeten ben in te checken. Op naar de conducteur dan maar, die ik tijdens het instappen aan de andere kant van de trein had gespot.

Hij zit heerlijk relaxed in de eerste klas. Ik leg hem mijn situatie uit (ik heb een vrij-reizen-abonnement voor het weekend, dus van zwartrijden is niet echt sprake), hij controleert daarop mijn OV-chipkaart en doet er vervolgens totaal niet moeilijk over. Sterker nog, “Zoek hier maar lekker een plekje uit hoor”, klinkt het vriendelijk en uitnodigend.

Ik bedank hem hartelijk. En tegelijk zie ik ook onmiddellijk kansen. Ik kan wel doodleuk drie kwartier in een ander eersteklaszitje gaan zitten, maar… ik kan natuurlijk óók een praatje aanknopen en het heel subtiel in de richting van de vee-industrie sturen, gna gna. Je bent activist of niet ;)

Zo gezegd, zo gedaan. Ik stel hem eerst -oprecht geïnteresseerd- wat vragen over het conducteursbestaan, waarna ik geheid de vraag “En wat doe jij?” kan terug verwachten. En zo geschiedde.

“Ik onderhoud websites en doe veel vrijwilligerswerk voor de dieren in vee-industrie. Ik kom toevallig net van een actie vandaan.” Tadaa, we zijn er.

Wat volgt is een gezellig en boeiend gesprek, waarbij hij al vlot aangeeft vlees niet te kunnen missen en het idee heeft dat je dan niks meer kunt eten. Ik toon hem foto’s op mijn telefoon van smakelijk ogende gerechten zonder dierlijke producten. Hij lijkt enigszins onder de indruk.

Wat later vraag ik hem “Is het eigenlijk niet raar dat wanneer je een hond slacht je strafbaar bent, maar als je een varken slacht krijg je ervoor betaald?” Het is even stil. “Want kan een hond meer lijden dan een varken?” voeg ik eraan toe. “Nee”, klinkt het resoluut. En hij vult aan: “Ik zou zelf geen dier kunnen slachten”.

“En dat is eigenlijk ook wel raar hè, dat we vanwege gewetensbezwaren dat zelf niet kunnen, maar er wel een ander voor betalen, zodat het onherkenbaar op ons bord belandt. Zolang het achter gesloten deuren plaatsvindt is het blijkbaar oké”, opper ik prikkelend. Deze opmerking creëert vaak een ongemak, waardoor allerlei excuses opgeworpen worden. En nu dus ook. “We doen wel meer dingen niet zelf” is er vandaag één van. Ik zie het maar als een geweten dat zich ergens probeert uit te lullen :)

We stellen verder nog vast dat wanneer hij iemand een dier pijn ziet doen hij in zou grijpen en dat als hij een gewond dier op straat zou zien hij de dierenambulance zou bellen. Kortom, van nature willen we dieren helpen. Ze opeten staat daar zo haaks op, maar daar lijken we door culturele en maatschappelijke normen geen oog voor te hebben.

We maken af en toe wat uitstapjes naar andere onderwerpen (relaties, kinderen etc.), maar telkens komt het toch weer terug bij de dieren. Wanneer hij hoort dat mijn eerste relatie 18 jaar duurde vraagt hij “Hoe oud ben je dan?” Ik antwoord met “42”, wacht even op zijn verbazing en voeg er gekscherend aan toe “Tja, geen vlees hè”.

Kennelijk raakt dit de juiste snaar, want terwijl hij even zijn kunstje met de deuren op het eerstvolgende station doet, tover ik een kaartje uit mijn tas tevoorschijn, waar hij erg in geïnteresseerd blijkt. Ik wijs hem de documentaire Forks Over Knives aan, “Die gaat helemaal over de gezondheidsaspecten van het eten van dierlijke producten.”

Hij zoekt hem gelijk op zijn telefoon op en zet hem in zijn Netflix-lijst. Als hij dan toch zo enthousiast is, attendeer ik hem ook nog even op Dominion, “Die laat zien hoe het met de dieren in de industrie gesteld is“. Ook deze zet hij direct in zijn YouTube-lijst om hem later te kunnen bekijken.

Ik voeg eraan toe dat hij het kaartje ook mag hebben en met zijn instemming laat ik het op het tafeltje achter. Er staan tenslotte nog veel meer interessante docu’s en links op, dus wie weet wat die nog van betekenis kunnen zijn.

Dit laatste gebeurt overigens allemaal in een geheel toepasselijke sneltreinvaart, want ik sta inmiddels paraat om de trein te kunnen verlaten: helaas ben ik op mijn eindbestemming aangekomen. Desalniettemin is er weer een zaadje geplant.

Waar het vergeten-in-te-checken allemaal niet goed voor is. Misschien moet ik dit voortaan maar standaard tijdens mijn weekendtreinreizen doen… ;)

 

Fotocredits